Artikel 24: het overleg met de ondernemingsraad

Artikel 24 schrijft voor dat de bestuurder ten minste tweemaal per jaar de algemene gang van zaken van de onderneming bespreekt met de OR. De bestuurder deelt welke besluiten hij in voorbereiding heeft die ook betrekking hebben op de OR (die advies of instemmingsplichtig zullen zijn). Daarbij worden afspraken gemaakt wanneer en op welke wijze de ondernemingsraad in de besluitvorming wordt betrokken. Dit is een belangrijk overleg voor zowel de OR als de bestuurder. De OR blijft op deze manier op de hoogte van de ontwikkelingen in de organisatie en de besluiten waar zij als OR binnenkort mee aan de slag moeten. Dit geeft de OR de kans om zich alvast in te lezen of anderszins voor te bereiden op wat er aankomt. Voor de bestuurder is het overleg met de ondernemingsraad een waardevol moment om informatie op te halen bij de OR, OR leden zijn natuurlijk ook gewoon medewerkers en hebben vaak een ander perspectief op zaken als de bestuurder, een perspectief dat de besluiten van de bestuurder vaak beter kan maken.

Het artikel 24 overleg met de ondernemingsraad en commissarissen of de Raad van toezicht

Als de onderneming in stand wordt gehouden door een naamloze vennootschap, een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, een coöperatie of een onderlinge waarborgmaatschappij, dan zijn bij de artikel 24 overleggen ook de commissarissen van de vennootschap of een vertegenwoordiging daarvan aanwezig bij het overleg met de ondernemingsraad. Deze hebben immers veel invloed op de strategie en het beleid van de organisatie. Wordt de onderneming in stand gehouden door een vereniging of een stichting, dan zijn de bestuursleden van die vereniging of die stichting aanwezig bij het overleg met de ondernemingsraad.

De ondernemingsraad kan in een bepaalde gevallen besluiten, dat aan deze wettelijke verplichting geen toepassing behoeft te worden gegeven. Dit betekent dat de OR kan besluiten het artikel 24 overleg alleen met de bestuurder te doen als het aansluiten van de commissarissen of de raad van toezicht geen waarde aan het overleg toevoegt.

Artikel 24 algemene gang van zaken overleg

De Sociaal Economische Raad heeft in een voorbeeldreglement voor het algemene gang van zaken overleg mooi weergegeven welke onderwerpen de revue zouden moeten passeren tijdens het overleg.

Aan de hand van de agenda verwoorden respectievelijk alle partijen hun visie en vragen. Onderwerpen die aan de orde
komen, zijn in ieder geval:
– de marktontwikkelingen, het functioneren op de markt en de financiële situatie van de onderneming;
– het intern functioneren van de onderneming, de gewenste (sociale) innovatie en participatie van
medewerkers;
– het sociale beleid in algemene zin, de personeelssamenstelling en waarden van de organisatie en competentie van medewerkers met het oog op de strategie, inzet vakmanschap en de kwaliteit van leiderschap (in het kader van het personeelsbeleid).

Op basis van deze inbreng van elk der partijen vindt een gesprek plaats waarin vastgesteld wordt welke elementen partijen delen en waarin zij van elkaar verschillen en welke mogelijkheden dat oplevert.
Een uitkomst is in elk geval dat de directie aangeeft welk advies- en/of instemmingsaanvragen voor het komende jaar te verwachten zijn, en maakt daar zo nodig een raamafspraak over met de OR.
Partijen maken afspraken over de communicatie naar de medewerkers over de besproken onderwerpen, zoals de strategie en verwachte uitwerkingen in het komende jaar.

Vormen voor het artikel 24 overleg

De OR en de bestuurder en eventueel de commissarissen of raad van toezicht kunnen met veel vrijheid het overleg invulling geven. Door bijvoorbeeld naast de standaard onderwerpen ook een actueel onderwerp dat belangrijk is voor de organisatie maar (nog) niet direct invloed heeft op de organisatie te bespreken leer je elkaar en elkaars standpunten en overtuigingen beter kennen. Een belangrijk element van het artikel 24 overleg is ook om elkaar te leren kennen zodat je elkaar ook kan vinden als de belangen groter worden.